zondag 20 februari 2011

Het Belang van Eigendom

Eigendom is diefstal, beweerde de proto-anarchist Pierre-Joseph Proudhon. Want alles hoort voor eenieder beschikbaar te zijn, dus wie iets voor zichzelf houdt, zonder te delen, 'steelt' van alle anderen. Zelfs Karl Marx vond dit een bespottelijke drogredenering, al ware het omdat hij (heel logisch) concludeerde dat je iets alleen kan stelen als het aan iemand toebehoort. Als alles dus al aan iedereen toebehoort, dan kan je helemaal niets stelen. Marx probeerde met die observatie de nobiliteit van collectief eigendom aan te tonen, maar onbewust illustreerde hij juist de onmogelijkheid van dat idee, en het immense belang van individueel eigendom. Ook vandaag, in het moderne Nederland, staat het eigendomsrecht echter nog regelmatig ter discussie. Krakers scanderen de leuze van Proudhon zonder er ook maar een snars van te begrijpen. Als eigendomsrecht wordt afgeschaft, is iedereen in de aap gelogeerd – zij zelf als eerste.

Ze houden zichzelf voor de gek met een utopisch wereldbeeld waarin alles gedeeld wordt, en de “grote graaiers” niets meer kunnen “afpakken”. Als alles in collectief bezit is, dan bestaat er geen diefstal meer. Collectivisten weigeren de implicaties daarvan in te zien. Juist de absentie van eigendomsrechten zou de hele samenleving overleveren aan harteloze graaiers: als men geen bezit kan claimen, betekent dat namelijk automatisch dat degene met de meeste macht alles kan grijpen dat hij wil. Hij mag zich dan wel niet formeel eigenaar noemen, maar wie neemt het hem nog af? Wie vraagt nog: wat geeft je het recht om dit te nemen? Het is van niemand, dus wie het kan grijpen, mag het houden.

Eigendomsrecht is geen uitvinding van de machtigen der aarde, zoals de radicalen ons willen laten geloven: het is juist een bescherming van de zwakkeren tegen onderdrukking. Zonder een algemeen geldend eigendomsrecht, wordt diefstal juist de norm – omdat het geen diefstal meer mag heten, en dus niet meer bestraft mag worden. Daar wordt het echter niet minder schadelijk door. Het recht van de sterkste zal zegevieren. Korte tijd zullen de collectivisten inderdaad denken dat ze hun krakersparadijs hebben bereikt, terwijl ze alles plunderen en afpakken dat ze maar kunnen. Dan blijkt echter dat zij helemaal niet de sterkste zijn, en worden ze met bruut geweld uit “hun” kraakpanden gesmeten. Net als iedereen die zijn huis niet kan verdedigen tegen een andere, sterkere partij.

Het is niet voor niets dat John Locke steeds wéér hamerde op het belang van eigendom. Property was voor hem de basis van  een rechtvaardige samenleving, die kon steunen op de drie pijlers Life, Liberty en Estate. Ieder mens zou ten miste zijn eigen persoon moeten bezitten (Life), de vrijheid moeten hebben om zijn eigen leven naar wens in te richten (Liberty) en het recht moeten hebben om over de materiële en immateriële vruchten van zijn arbeid te beschikken (Estate).

Zonder het recht op eigendom zullen deze drie pijlers ineenstorten. De collectivisten die zich tegen eigendom verzetten doelen meestal uitsluitend op wat Locke de “Estate” noemde, en zeggen dat ze de arbeider verdedigen tegen “het kapitaal”. In realiteit verzetten ze zich tegen eigendom, en willen ze afpakken van iedereen die iets heeft (ongeacht of hij ervoor heeft gewerkt) en dit “herverdelen” onder de mensen die niets hebben (ook al hebben die nooit de handen uit de mouwen gestoken). Daarmee verklaren de collectivisten zich onbewust  tot vijand van de vrijheid en van het leven zelf.

Als er geen eigendom is, bezit je óók jezelf niet meer. Dan verlies je de vrijheid die wij als vanzelfsprekend zien, en kan een machthebber beschikken over jouw leven. In een wereld zonder eigendom zou de verdeling van kansen en van vrijheid oneerlijker zijn dan ooit. De ontwikkeling zou langzaam gaan, want wie zou nog iets duurzaams en waardevols opbouwen, als het schaamteloos kan worden afgenomen?

Als we ons besef van de waarde van eigendom en vrijheid kwijtraken, werpen we onszelf in het duister. Een samenleving die eigendom niet respecteert is per definitie oneerlijk, onproductief en onvrij. Het socialistische paradijs van de collectivisten is een hel voor ieder zinnig mens.